De oorspronkelijke maker van een werk krijgt volgens de Auteurswet van rechtswege het auteursrecht op dat werk. De ‘maker’ van een boek is de schrijver, van het ontwerp van een brug de architect en van een song degene die het liedje geschreven heeft. Zodra er een werk van letterkunde, wetenschap of kunst ontstaat, is het automatisch auteursrechtelijk beschermd. Opzettelijke inbreuk op een anders auteursrecht geldt in Nederland als een misdrijf. Stel, iemand neemt zonder toestemming van de eigenlijke auteur een artikel letterlijk over en plaatst dit op zijn of haar eigen website. Het plaatsen van auteursrechtelijke werken is een vorm van openbaarmaking en dat is het exclusieve recht van de auteursrechthebbende. Die kan nu een schadevergoeding eisen.
Onder auteursrecht valt alles wat te maken heeft met intellectueel eigendom, citaat- en portretrecht. Ook plagiaat en parodie maken deel uit van het auteursrecht. Er zijn wettelijke uitzonderingen bepaald op het exclusieve auteursrecht, zoals gebruik voor onderwijsdoeleinden of overname door de pers.
Het auteursrecht wordt geregeld in de Auteurswet en valt onder het Intellectueel eigendomsrecht (IE). Tot dit rechtsgebied worden ook het merkenrecht, het handelsnaamrecht en het octrooirecht gerekend.